Eva

Ik voel de wind weer op mijn wangen als ik buiten loop, zei ze vandaag. Het was een mededeling die me ontroerde. Maandenlang waren we met elkaar in gesprek geweest. Ze kwam vorig jaar bij me met ernstige surmenageklachten. Ik zal haar hier Eva noemen. Ze is een zorgprofessional met lange werkdagen. Ze nam ‘s avonds werk mee naar huis en was ‘s morgens als eerste op het werk. Altijd bereid om in te vallen voor anderen. Wie met Kerst vrijaf wilde hebben deed een beroep op haar. En in de voorbereiding van de verhuizing had ze buiten werktijd vergaderd tot ze een ons woog. En en-passant deed ze ook nog een promotieonderzoek. En ze deed natuurlijk thuis haar man en de kinderen geen aandacht tekort.

Ik was met haar op zoek gegaan naar de wortels van dit flinkheidsyndroom. We kwamen uit bij haar ouders. Beiden intelligent maar ook met autistische trekken. En een broer met een zelfde diagnose die vroeger thuis veel ruimte opeiste. Eva kreeg weinig aandacht en als ze die kreeg was het weinig vleiend. Ze probeerde gezien te worden door haar ouders en ze leerde om braaf te zijn. Ze deed haar best en haalde op school hoge cijfers. Presteren om waardering te krijgen werd een tweede natuur. Ze was zelden blij. Gelukkig was er een vriendinnetje in de straat met hartelijke ouders waar ze welkom was en vaak logeerde. Toen ze ging studeren koos ze een stad zover mogelijk bij haar eigen ouders vandaan.

We spraken de afgelopen maanden over haar ongezonde overbelasting. Over hoe je je grenzen beter zou kunnen aangeven. En over hoe je tevreden kan zijn met jezelf en minder  waardering van anderen nodig hebt. Het was een lange weg geweest. Tenslotte had Eva vaker nee leren zeggen en sommige taken overgedragen aan anderen. Ze had meer energie overgehouden en ze was onlangs weer gaan cello spelen. En vandaag zei ze dus: ik voel de wind weer op mijn wangen als ik buiten loop.

(Alle namen in deze blogs zijn gefingeerd en alle situaties zijn zodanig aangepast dat ze niet herkenbaar zijn en de privacy beschermd blijft)